De tuin op tafel loopt over van de goede adviezen. Wist je dat radijsjes makkelijk te kweken zijn? Lees hieronder wat Angelo erover te vertellen heeft, én wat je ermee kan klaarmaken!

 

Radijsjes
Radijsjes zijn makkelijk zelf te kweken, het is misschien wel de makkelijkste groente. Je oogst na amper vijf tot zes weken en ze zijn zo veelzijdig dat je ze nooit beu raakt. In het vroege voorjaar, wanneer er haast niets groeit, domineren voornamelijk radijsjes de moestuin, samen met jonge sla en andere groene blaadjes. Een aanrader voor iedereen, ook zij die hun kinderen willen motiveren om een plekje in de moestuin in te nemen.

Vroege vogel
In de kas kun je al in januari en februari zaaien, als het weer meezit. Al was het maar om te experimenteren, want je kunt het later altijd opnieuw proberen. Vanaf maart kun je ze in de openlucht zaaien. Zaai ze in rijtjes met een onderlinge afstand van 5 cm. Je kunt ze ook dicht op elkaar zaaien, maar dan zal je later moeten uitdunnen, om ze meer ruimte te geven. Radijsjes zaai je het hele jaar rond, maar kijk uit welke soort je aanschaft. Er zijn tegenwoordig variëteiten te vinden die het in het vroege voorjaar goed doen, maar ook soorten die in de zomer kunnen worden gezaaid. Uitkijken dus.

Radijsjes met wortelen
Ben je in voor een experiment? Meng dan het zaad van radijsjes met wortelen. Zo krijg je nauwelijks onkruid tussen de planten en kun je genieten van twee teelten. Je oogst namelijk na weken al de eerste radijsjes waarna de wortelen plaats krijgen en hun eindspurt kunnen inzetten.

In de moestuin
Radijsjes groeien het liefst op een losse bodem die het vocht goed vasthoudt. Bij lichte zandgronden zul je regelmatig moeten gieten. Als je vooraf een flinke portie compost hebt toegevoegd, dan zijn extra meststoffen overbodig. De planten blijven ook maar een paar weken op dezelfde plaats, veel voedingsstoffen hebben ze dus niet nodig. Radijsjes doen het goed in de zon en in halfschaduw.

Veel water = milde smaak
Aangezien de teelt van radijsjes maar vijf tot maximaal zes weken duurt, stelt de plant weinig eisen. Regelmatig begieten tijdens droge periodes is wel nodig om stevige radijzen zonder scheurtjes te krijgen. Af en toe extra water geven zorgt ook voor een betere smaak. Hoe meer water je ze geeft, hoe zachter de smaak.

Oogsten en bewaren
In het vroege voorjaar en in het najaar oogst je na vijf tot zes weken. Radijsjes oogst je wanneer ze iets groter zijn dan een vingerkootje. Gezonde exemplaren hebben intens groene bladeren en glanzen zelfs een beetje. Oogst ze bij voorkeur in de ochtend, dan zijn ze het knapperigst. Ze hebben dan namelijk de hele nacht vocht kunnen opnemen. Je kunt ze hooguit een week in de koelkast bewaren. Hoe langer je ze laat liggen, hoe minder smaak ze bevatten en hoe zachter ze worden. De boodschap is dus: oogsten wanneer je ze nodig hebt en meteen verwerken.

Recept: Venkel-en-radijssalade (15 minuten / voor 4 personen)

Deze frisse en eenvoudige salade is in amper 15 minuten klaar en kan zowat met alles gecombineerd worden.

INGREDIËNTEN

• 2 grote venkelbollen of 4 kleine exemplaren
• 1 bosje radijs (10-15 stuks)
• sap van een limoen
• fleur de sel of Himalayazout
• olijfolie
• 4 takjes dille

BEREIDING

• Was de venkelbollen en radijsjes en snijd ze in dunne schijfjes. Gebruik een mandoline, dat gaat sneller. Verwijder niet alle loof van de radijsjes, dat ziet er leuker uit en maakt het geheel kleurrijker.
• Leg op een schaal en besprenkel met het sap van een limoen, daardoor garen de venkelschijfjes.
• Kruid met fleur de sel of Himalayazout en overgiet met olijfolie naar keuze.
• Hak de dille fijn en verspreid die over het geheel.

 

Tip: Geen idee wat je met het loof van de radijsjes kunt aanvangen? Maak er soep van, dat is echt lekker!