Het maakt niet uit hoe weinig ruimte je ter beschikking hebt – een vensterbank, een balkon, een terras, een klein tuintje – of hoe onervaren je bent, Jane Moore leert je in De kleine moestuin hoe ook jij groenten, kruiden en fruit kan kweken!

De meeste gewassen worden gezaaid in het voorjaar, maar wist je dat er ook planten zijn die je pas aan het einde van de zomer moet zaaien? Zo kan je je kleine moestuin optimaal benutten! Lees hieronder een fragment ui De kleine moestuin over winterse gewassen.

Verleng het seizoen van je moestuin: gewassen die je in het najaar kan zaaien

Er zijn specifieke gewassen die je aan het eind van de zomer zaait en die in de loop van de winter geoogst kunnen worden. Winterse rassen van kool of boerenkool zijn bijvoorbeeld heel geschikt, maar ook late zaaisels van zomergewassen als snijbiet, knolraap en winterse slamixen komen in aanmerking.

KNOFLOOK

Zelfgekweekte knoflook is verrassend makkelijk, neemt minder ruimte in dan je misschien denkt en is veel lekkerder dan gekochte knoflook. Er zijn twee verschillende soorten verkrijgbaar; de makkelijkste van de twee is Allium sativum ssp. sativum, die de goed te bewaren ‘softneck’-rassen oplevert. A.s. ssp. ophioscorodon produceert de ‘hardneck’-rassen die beter van smaak zouden zijn, maar die kunnen minder goed bewaard worden en zijn kwetsbaarder.

Z A A I E N  E N /O P L A N T E N

Plant knoflook het liefst in de late herfst. Deel de bollen voorzichtig en plant de enkele tenen op 15 cm van elkaar en op twee keer de diepte van de teen. Je kunt ook in de lente planten, maar de oogst valt dan eind zomer, wanneer de bollen veel minder groot zijn.

K W E K E N

Knoflook hoeft geen enkel probleem op te leveren. Houd de grond onkruidvrij en vochtig; verwijder de bloemetjes zodra die beginnen te groeien – ze zijn heerlijk in roerbakgerechten.

O O G ST E N

Oogst de knoflook als het blad geel begint te worden: graaf de bollen met een schepje uit en laat ze een dag of wat in de zon drogen. Vlecht het blad, zodat je mooie bosjes knoflook krijgt die je uitstekend kunt bewaren, of leg de bollen los van elkaar op een schaal.

 

TUINBONEN

Deze eenvoudig te kweken, mooie bonen behoren tot de eerste gewassen die je kunt oogsten. Jong en vers geplukt hebben ze een heerlijk zoete smaak.

Z A A I E N  E N /O P L A N T E N

In een beschutte tuin kun je tuinbonen in de vroege winter planten, zodat ze kunnen ontkiemen en een beetje kunnen groeien voor de winter ze een halt toeroept. In de lente maken de bonen een vliegende start en je kunt ze aan het eind van de lente al plukken. Planten in de late winter en vroege lente gaat minder snel, maar geeft nog steeds een vroege oogst.

Plant de bonen op 15-20 cm van elkaar en zaai een paar extra in een potje, zodat je eventuele gaten in je tuin kunt opvullen.

K W E K E N

Tijdens een koude winter gebruik je een cloche of stuk vliesdoek om de overwinterende bonenplanten te beschermen. Als het erg droog is, zul je ze water moeten geven – winterwind kan de planten makkelijk doen uitdrogen. Als de onderste bloemen eenmaal kleine peulen vormen, knijp je de toppen uit de plant om hem voller te maken en minder aantrekkelijk voor kriebelmuggen. De toppen die je hebt verwijderd, kun je roerbakken.

O O G ST E N

Je kunt de hele peulen eten als ze nog erg jong zijn, maar als je de bonen zelf wilt eten, zul je moeten wachten tot de peulen behoorlijk gezwollen zijn. Klein en zoet zijn de bonen het lekkerst, dus pluk regelmatig en begin onder aan de plant.

 

WINTERSE BLADGROENTE

Zomerse bladgroente als snijbiet, witlof of radicchio, rucola en zelfs kruiden als peterselie en kervel kunnen tot in de winter produceren als je ze beschermt met vliesdoek of een cloche.

Z A A I E N  E N /O P L A N T E N

Zaai deze gewassen zodra dat kan in de lente, zodat je al vroeg in de zomer kunt oogsten. Voor een winterse oogst zaai je halverwege de zomer nog een keer. Deze planten hebben dan voldoende tijd en gelegenheid om groot en vol te worden, waardoor ze in de herfst op hun best zijn – de oudere planten hebben hun beste tijd dan al gehad.

K W E K E N

Maak optimaal gebruik van de beschikbare ruimte door deze planten neer te zetten in de gaten en potten waar je eerder vroege gewassen als tuinbonen en vroege aardappels hebt geteeld.

Zorg dat de planten in de zomer, als ze groeien, voldoende water hebben en dek ze af met cloches of vliesdoek zodra de temperatuur begint te dalen.

O O G ST E N

Pluk niet te veel en te vaak, anders put je de planten uit. Knip elke keer maar een paar blaadjes af en laat voldoende zitten zodat de plant weer nieuwe bladeren kan aanmaken.

 

Andere gewassen die in de winter nog geoogst kunnen worden, zijn boerenkool en pompoenen. Lees er meer over in De kleine moestuinHier vind je ook extra informatie over de moeilijkheidsgraad van de verschillende gewassen, de ideale standplaats en de mogelijke ziektes en plagen die kunnen voorkomen.

Heb je ruimte voor een grotere moestuin? Dan raden we je de boeken De moestuin van Mme Zsazsa of In de moestuin   van Wim Lybaert aan. 

 

De kleine moestuin

Het maakt niet uit hoe weinig ruimte je ter beschikking hebt – een vensterbank, een balkon, een terras, een klein tuintje – of hoe onervaren je bent, je eigen groenten, kruiden of fruit kweken is haalbaar voor jou met De kleine moestuin als gids. Begin met makkelijke soorten als pluksla, munt en tuin- of waterkers, verbreed daarna je horizon en ga voor iets bewerkelijker groenten als tomaten. Dankzij de informatie uit dit boek haal je binnenkort je eigen mini-oogst binnen.   Inclusief 40 handige projectfiches van groenten, kruiden en kleinfruit.   Met advies, tips en tricks van moestuinexpert Jane Moore.

€ 19,99

Jane Moore

Jane Moore werkt sinds 2003 als hoofdtuinier voor The Bath Priory. Ze schrijft voor diverse tuinbladen en kranten, is researcher voor tuinprogramma’s van de BBC en gastpresentatrice van Gardener’s World. Ze won diverse prijzen, o.a. een medaille op de Chelsea Flower Show, de IPC Magazines Practical Writer Award en de Garden Media Guild Award.