In 1993 verdwijnt de zestienjarige Johanna van Vliet op mysterieuze wijze. De politie staat voor een raadsel.
25 jaar na dato verdiept Inspecteur Ben de Groot zich opnieuw in de coldcasezaak, maar Johanna’s familie wil niet opnieuw met haar verdwijning geconfronteerd worden. Behalve Johanna’s nichtje Olivia; zij besluit zelf op onderzoek te gaan. Lees hier de eerste twee hoofdstukken van IJskoud!
Zware deuren die gesloten werden, gevloek, geschreeuw, bonkende vuisten tegen een muur. Mick van Wezel probeerde de dagelijkse gevangenisgeluiden buiten te sluiten. Elke dag hetzelfde gezeik, hij was het meer dan zat. Tijdens het luchtmoment waar hij net van was teruggekeerd, was zijn verlangen naar de buitenwereld weer verder aangewakkerd. Hij snoof de geur van zijn laatste sigaret op, die nog in zijn kleren hing, en hij had nu alweer behoefte aan een nieuwe. Op het bureautje in zijn cel lag een stapeltje post. Opengemaakt, natuurlijk. Niets was hier privé.
Hij hing de foto van Anita op het magneetbord en scande de volgende enveloppen. Shelly, Cynthia, Kimberly, ook allemaal met foto. Hij had zijn kwartet voor de komende week weer compleet.
Onder de laatste envelop lag nog iets. Hij pakte het op en fronste. Cold case Kalender 2018? Wat was dat nou weer? Hij sloeg het ding open en zijn blik viel meteen op het woord ‘beloningen’. Interessant. De kalender was een initiatief van speciale coldcaseteams en nabestaanden van onopgeloste moord- en vermissingszaken, en bevatte tweeënvijftig zaken. Beloningen werden toegekend op basis van de gouden tip. Hij begon door de kalender te bladeren en op de pagina waarop foto’s van 52 slachtoffers stonden bleef zijn blik meteen op de eerste foto hangen, maar vooral ook op de beloning van €20.000,- die erboven stond. Hij bekeek de foto aandachtig. Het was een meisje en op de een of andere manier kwam haar gezicht hem bekend voor. Best een lekker ding. Hij bladerde naar de eerste week van januari, waar een beknopte beschrijving stond van de zaak.
De Rotterdamse Johanna van Vliet wordt sinds 1 januari 1993 vermist. Het destijds zestienjarige meisje is op oudjaarsavond van huis vertrokken naar een feestje van een vriendin in de Delistraat. De ouders van Johanna hebben hun dochter die nacht niet horen thuiskomen, maar gingen ervan uit dat ze in de vroege ochtend naar haar kamer was geslopen. Toen ze aan het begin van de middag controleerden of alles goed met haar was, troffen ze haar niet aan. Haar bed was onbeslapen. Volgens vrienden heeft Johanna rond 2.00 uur in haar eentje het feestje verlaten ‘omdat ze het wel gezien had’. Getuigen hebben haar rond 2.10 uur nog zien lopen in de Suma- trastraat en daarna is tot op de dag van vandaag niets meer van haar vernomen. Nadat de ouders en broer van Johanna haar in de middag van 1 januari eerst zelf hebben gezocht, is de jonge vrouw aan het begin van de avond als vermist opgegeven. Verdere zoekacties van de politie hebben geen sporen of aanwijzingen opgeleverd. De familie van Johanna van Vliet wil graag dat er een einde komt aan de onzekerheid over haar lot. Uw tips kunnen hun de rust bieden waar ze al 25 jaar naar op zoek zijn.
Onder de tekst was de foto van Johanna, die ook voor in de kalender stond, nogmaals opgenomen. Voor tips konden mensen bellen met 0800-6070 of mailen naar coldcase@politie.nl.
Mick wreef nadenkend over zijn kin terwijl hij in zijn geheugen groef. 1993, toen was hij zelf achttien jaar oud en woonde net als dat meisje in ‘De Kaap’, zoals de wijk Katendrecht door veel Rotterdammers werd genoemd. De straat waar dat feestje had plaatsgevonden kende hij maar al te goed – hij was in die tijd een fervent bezoeker geweest van tattooen piercingkoning Tattoo Bob, wiens shop al sinds 1968 daar was gevestigd. Zijn blik gleed naar de tatoeage van de wezel op zijn rechterbovenarm. Hij was er nog steeds trots op.
Hij pakte de foto van Johanna van Vliet er weer bij. ‘Wij hebben elkaar ooit gezien, maar wanneer en waar?’ Voor het eerst had hij spijt van zijn overmatige geblow en gezuip in die tijd. Er was zoveel langs hem heen gegaan of diep weggezakt in zijn geheugen. Kom op Mick, twintigduizend euro beloning! Hij keek het meisje in haar groene ogen, signaleerde de lichte sproetjes op haar neus en wangen, streelde met zijn vinger over het halflange bruinrossige haar, volgde haar kaaklijn. Zijn ogen bleven uiteindelijk rusten op de ketting die ze om haar nek droeg, met een hanger. Het was een ongebruikelijk symbool. Tenminste, dat was het toen geweest. Om zijn lippen vormde zich een brede grijns toen de herinneringen terugkwamen. Twintigduizend euro! Hij had een telefoontje te plegen.
Enkele weken eerder
Met de paraplu opengeklapt liep hij stijfjes naar het bureau. ’s Winters speelden zijn gewrichten altijd meer op, zeker op ijzige dagen als vandaag. Tegen de tijd dat hij bij de schuifdeuren kwam, had de kou zich al vastgezet in zijn neus en wangen en hadden witte sneeuwvlokjes zich aan zijn lange, zwarte jas van scheerwol gehecht. Hij schudde zijn paraplu uit voordat hij het gebouw waar hij al ruim veertig jaar werkte binnenging en zette hem in de bak. De aangename warmte tintelde op zijn gezicht en bezorgde hem een loopneus. Hij werd echt een oude man! Maar in zijn kop voelde hij zich nog steeds dertig; dat had hij altijd de mooiste leeftijd gevonden en dat vond hij nog steeds. Rijp genoeg om weloverwogen beslissingen te nemen, wilde haren kwijt en vol energie.
‘Morgen, Linda,’ begroette hij zijn collega achter de balie, terwijl hij de muts van zijn hoofd trok.
‘Goedemorgen, Ben.’
Sinds een paar weken was Ben aangeschoven bij het coldcaseteam Rotterdam. Ze zaten te springen om een ervaren inspecteur met een olifantengeheugen die destijds betrokken was geweest bij het gros van de zaken die ze nu opnieuw bekeken. Hij had er goed over nagedacht voordat hij ja had gezegd. Wilde hij een jaar voor zijn pensioen nog een verandering in zijn werkzaamheden? De actieve dienst bood meer actie en opwinding, cold cases waren meer ouderwets speuren graafwerk. Samen met kilometers aan dossiers opgesloten zitten in een stoffige kelder, in de hoop een eurekamoment te beleven dat tot een concreet spoor leidt dat gevolgd kan worden.
Er waren uiteindelijk twee dingen geweest die de doorslag hadden gegeven bij zijn keuze. Allereerst was het misschien gemakkelijker om volgend jaar definitief afscheid te nemen als hij zijn werk het komende jaar rustig afbouwde in die kelder, in plaats van in de hectiek van alledag. Maar de voornaamste reden was dat hij in zijn carrière een aantal zaken onder zijn hoede had gehad die onopgelost waren gebleven, en dat knaagde. Toen hem gevraagd werd of hij nog zaken had die wat hem betreft moesten worden opgenomen in de nieuwe coldcasekalender, was er dan ook één zaak die hem meteen te binnen was geschoten: de vermissing van Johanna van Vliet. De zaak was hem altijd bijgebleven. Er waren nauwelijks sporen geweest en als ze er al waren, liepen ze dood. De zweem van mysterie rond haar verdwijning en de summiere aanwijzingen hadden hem destijds een akelig gevoel gegeven. En nog steeds was er iets aan de zaak wat hem niet losliet. Het was moeilijk te omschrijven. Iets onheilspellends.
De zaak had hem jaren achtervolgd en het had hem moeite gekost het dossier uiteindelijk ergens in een la te gooien, maar op een gegeven moment had hij geen keus meer gehad. De stapel urgentere zaken met een grotere oplossingskans bleef destijds maar groeien op zijn bureau en er moesten keiharde keuzes gemaakt worden. Maar nu? Nu bood het coldcaseteam hem een uitgelezen kans om de zaak van Johanna van Vliet weer op te pakken, in een laatste poging om meer te weten te komen over de verdwijning van het meisje. Om de zaak alsnog op te lossen.