Jonas Boets (1981) schrijft al meer dan twintig jaar succesvolle boeken voor kinderen, jongeren en volwassenen. In 2023 trad hij in de voetsporen van Vlaanderens grootste misdaadauteur, Pieter Aspe. In de nieuwe reeks brengt hij het Aspe-universum in het Brugge van begin de jaren negentig tot leven. De dan al onafscheidelijke Van In en Versavel staan er aan het begin van hun carrière.

Waarover gaat Rusteloos?

Rusthuis Minnewater wordt opgeschrikt door een bende gewapende overvallers. Van In kan het nauwelijks geloven als hij ter plaatse komt. Wie wil er nu een groep senioren gijzelen? Zijn ongeloof wordt nog groter als hij ontdekt dat de gijzelnemers dames van minstens zeventig jaar zijn. Hij wil bijna weer vertrekken als hij een foto krijgt van een oude man, vastgebonden op een stoel, met een ketting van vlijmscherpe conservenblikken rond zijn hals. Een verkeerde beweging en hij wordt onthoofd. Is er dan toch meer aan de hand?

“In de voetsporen treden van zo’n succesvol auteur is een eer, maar ook een uitdaging. Waar moet ik beginnen? Hoe moet ik schrijven? Maar ik ontdekte al snel dat de personages me de weg toonden. Schrijven over Van In en Versavel ging heel natuurlijk. Hun manier van doen en spreken zat snel in de vingers, zonder dat ik me in bochten moest wringen. Het is uiteraard geen kopie, dat kan ook niet, maar ik hoop wel dat de lezers zullen genieten van de nieuwe avonturen van hun vertrouwde personages.”

– Jonas Boets

Lees alvast een fragment uit Rusteloos

‘Ga weg.’
Het was een zware hese stem die door het glas klonk. Anders dan wat Van In had verwacht. Maar wat had hij dan wel gedacht? Een kinderstem, een jongetje dat met een pistooltje bij zijn oma aan het spelen was? Hij boog zich naar de deur. ‘Ik blijf hier staan tot jullie naar buiten komen. En als dat niet binnen tien minuten gebeurt, dan kom ik naar binnen en sleur ik jullie er aan jullie oren uit.’
Versavel ging achteruit en hief zijn handen in de lucht. Hij werkte al lang met Van In samen en wist dat zijn vriend een eigengereide manier van werken had, maar nu ging het ook voor hem te ver.
‘Komaan, Pieter.’
‘Ik weet wat ik doe’, bromde hij.
Hoe langer het stil bleef, hoe meer hij overtuigd raakte van zijn eigen gelijk. Dit was een grote grap en iedereen zou blij zijn dat hij er niet in was getuind. Een beweging achter de deur versterkte zijn overtuiging nog meer.
‘Ze komen al’, grijnsde hij.
Ria en Versavel reageerden nauwelijks. Ze keken nieuwsgierig naar de onderkant van de deur. Daar kwam een papier tevoorschijn. Met enkele forse schokken werd het onder de deur door geduwd. Toen Van In wat beter keek, zag hij dat het geen gewoon papier was, maar een polaroidfoto, die langzaam aan het verschijnen was. Van In raapte de foto op. Zijn mond viel open.
Op de foto was een oude man te zien, die met zijn rug naar hen toe op een stoel zat. Hij had nog verrassend veel wit haar, waar Van In voor zou tekenen op die leeftijd. Maar het overige zou hij vooral niet willen ruilen. De man was vastgebonden aan zijn stoel en had blauwe plekken in zijn nek. Dat was echter nog niet het ergste. Rond de hals van de man zat een ketting met daaraan vlijmscherpe metalen schijfjes. Eén verkeerde beweging en zijn keel werd doorgesneden.